Venetië en omgeving - van Titiaan tot Tiepolo
6-daagse Groepsreis (Nederlandstalig)- Italië
- Cultuur
- Kunst
- Groepsreis (Nederlandstalig)
- +4
Al tijdens zijn vrij korte leven werd Rafael een beroemdheid in heel Europa. Hij werd geboren in Urbino, waar zijn vader hofschilder was en hem vroeg liet kennismaken met het vak. De jongen werd wees toen hij zo'n jaar of elf was; als tiener van zeventien vertrok hij naar Perugia, waar hij in de leer ging bij Pietro Perugino, een van de allerbeste meesters van de vroege renaissance. Het werk van de jonge Rafael uit die tijd lijkt veel op dat van zijn leraar, maar het typeert hem dat hij zich daarna voortdurend bleef ontwikkelen. Zijn hele carrière toont hij die bereidheid om van anderen te leren.
Zijn ambitie bracht hem als twintigjarige naar Florence, waar de grote Leonardo en Michelangelo aan het werk waren. Maar het talent en de persoonlijkheid van Rafael waren zo sterk dat hijzelf binnen korte tijd de belichaming van die periode zou worden, meer nog dan die andere twee.
Zo ontmoeten we hem in Florence al werkend aan een nieuwe stijl waarin de echo van zijn leermeester Perugino alleen nog in de verte klonk, en hij vestigde meteen zijn naam. Paus Julius II nodigde hem in 1507 uit naar Rome (Rafael was toen pas 24), waar de derde fase in zijn loopbaan begon - de langste en veruit de belangrijkste. In werkelijk alles had de Romeinse Rafael succes - in de schilderkunst, de architectuur en het hoofse leven rond de paus. Met een bijna prinselijke levensstijl (zijn charme en sociale intelligentie werden alom geprezen) werd hij de manager van een groot atelier, en pauselijk opzichter over de antieke kunst te Rome. Er is dan ook geen betere plaats om Rafael te zien dan Rome. Altaarstukken en portretten natuurlijk, verspreid over verschillende kerken en collecties, maar vooral zijn fresco's - met die voor de stanze van Julius II als absolute hoogtepunten van de westerse schilderkunst.
Privévertrekken van de Paus
Stanza betekent gewoon 'kamer' in het Italiaans, of als je het deftiger wilt zeggen 'vertrek'. Terwijl Michelangelo elders in het Vaticaan het reusachtige gewelf van de Sixtijnse kapel beschilderde, stond Rafael te werken op handzame steigers in de privévertrekken van de Paus. In diens bibliotheek ontstond zo de beroemdste wandschildering van de renaissance, die de wat rare naam heeft gekregen van De school van Athene. Het stelt de wetenschap voor, belichaamd door wijsgeren en wetenschappers uit de oudheid die staan te redeneren rond de figuren van Aristoteles en Plato. Dat klinkt misschien erg academisch, om niet te zeggen saai, maar het is een wonderlijk mooie en rijke compositie. Op reproducties is die speciale kracht vaak niet zo goed te zien. Je moet eigenlijk in die kamer zelf staan, waar de vier wanden en het plafond volledig zijn beschilderd. Overal op die muren wordt de rijkdom van de antieke wereld bezongen, in een voor ons soms wonderlijk harmonieuze samenzang met christelijke motieven, zoals een heidense Parnassus naast een hemel vol heiligen.
Harmonie christendom en oudheid
Misschien is die moeiteloze harmonie tussen christendom en oudheid typerend voor de hoog-renaissance waarin Rafael werkte. In de kunst zou deze periode eigenlijk maar even duren - tot 1520, het jaar waarin Rafael stierf, op de dag dat hij 37 werd. Rafaels eigen leerlingen gaven de kunst al meteen een andere wending, net als de volgelingen van Michelangelo. Met de reformatie begon het christendom bovendien fundamenteel te veranderen, en paus Adrianus VI, nog geen twee jaar na Rafaels dood gekozen, zag de antieke beelden vooral als heidense afgoden. Met het overlijden van Rafael werd zo het mooiste hoofdstuk van de renaissance afgesloten. Rafaels roem bleef maar groeien na zijn dood, waarbij de kern voor die bewondering vooral lag in zijn bijzonder vermogen om charme en schoonheid te combineren met natuurlijkheid.