
Grote meesters van de Middellandse Zee
- Spanje
- Italië
- Frankrijk
- Cultuur
- Geschiedenis
- Kunst
- Groepsreis (Nederlandstalig)
- +7
Zoals heel Zuid-Italië, gold de hak van de Italiaanse laars in het begin van de vorige eeuw nog als een ontwikkelingsland. Mussolini’s drainage van de door malariamuggen onveilig gemaakte moerassen probeerde daar al verandering in te brengen. Maar toen ik er in 1980 voor het eerst kwam, was wijn er nog altijd goedkoper dan water.
En dat terwijl Horatius in de klassieke oudheid nog zo trots was op zijn geboortegrond! Het rijke en gevarieerde Apulië vormde toen de bekroning van de Via Appia, en was maritieme toegangspoort naar de rijkdommen van Griekenland en het oosten. Ook in de Middeleeuwen bleef Apulië een felbegeerde prijs. En nu het water er tegenwoordig weer overal rijkelijk vloeit, en het gebied definitief in ontwikkeling is gekomen kan ook de cultuurtoerist ter plekke genieten van de schoonheid van een paradijselijk land, de uitzonderlijk rijke getuigenissen uit Middeleeuwen en oudheid, het heerlijke klimaat, de voortreffelijke gastronomie en de fameuze Pugliese wijnen.
Zuid-Italië heette in de klassieke oudheid Groot Griekenland (Magna Graecia) vanwege het grote aantal bloeiende en rijke Griekse steden daar, van Syracuse tot Napels, van Tarente tot Croton. Als kruispunt tussen oost en west, en als inschepingspunt voor de kruistochten, werd Apulië tussen 1050 en 1250 zelfs het centrum waar de belangen van Arabieren, Byzantijnen, de paus en diens Normandische bondgenoten elkaar kruisten en bestoven.
Noormannen? Ja zeker: die gingen niet alleen in 1066 naar Engeland, maar vestigden in diezelfde periode vanuit Apulië een hertogdom, en uiteindelijk een koninkrijk, in Zuid-Italië. Groot, blond en zonder scrupules, hadden Normandische ridders op hun terugtocht van pelgrimage als huursoldaten diepe indruk gemaakt op de verdeelde heersers in het zuiden van de laars. Vanaf dat moment kwamen groepjes Noormannen, op zoek naar land en fortuin naar het zuiden. In korte tijd beheersten ze Apulië, Calabrië en Sicilië. Hier ontstond een mengcultuur waarvan ook de schitterende, majestueuze kathedralen van Trani, Bitonto en Bari het hoogtepunt vormen. Machtssymboliek ontlenen deze kerken aan Romeinse voorbeelden, iconografie aan Byzantijnse, verfijningen aan de Arabische, en onderwijl blijven de abstracte vormen die de Noormannen en Lombarden uit het noorden hadden meegenomen voortdurend als ondertoon aanwezig.
De pracht van de Normandische centra ging over op hun erfgenaam, de tweede keizer uit de Hohenstaufen-dynastie, Frederik II, de man over wie de hele wereld zo verbijsterd stond dat hij stupor mundi genoemd werd, zo veelzijdig was hij. Zijn hof werd het meest schitterende, en zeker het meest internationale van Europa. Van de jachtsloten die hij naar Arabisch voorbeeld liet bouwen om zijn favoriete tijdverdrijf, de valkenjacht te beoefenen – het handboek dat hij over die jacht in het Latijn schreef is nog altijd het standaardwerk voor moderne valkenjagers – is het Castel del Monte in Puglia het mooist en best bewaard.
Op de uitzondering van de unieke barokstad Lecce na, werd Apulië door de Bourbon-koningen, die zich in de 18e eeuw vrijwel uitsluitend op hun hoofdstad Napels richtten, schromelijk verwaarloosd. Maar juist dat heeft er voor gezorgd dat de provincie haast een tijdcapsule is, waarvan een aantal spectaculaire opgravingen van de antieke wereld getuigen, maar vooral de monumenten waaruit de fascinerende bloei van de Middeleeuwse cultuur spreekt, met haar wisselwerking tussen Latijnen, Byzantijnen, Saracenen, Noormannen en Hohenstaufen.
Onze thematische cultuurreizen worden verrijkt door deskundige specialisten uit het vak die graag hun expertise en kennis met u delen.