India - Tussen maharadja en Mahatma
11-daagse Groepsreis (Nederlandstalig)- India
- Cultuur
- Architectuur
- Geschiedenis
- Groepsreis (Nederlandstalig)
- +5
Al jaren stond het hoog op mijn verlanglijst, maar nooit was het ervan gekomen: een kennismaking met de Chambalrivier in India. Bijzonder: de rivier stroomt op slechts anderhalf uur rijden van de Taj Mahal! De aantrekkingskracht die de rivier op me uitoefende zit hem in de status die de rivier tot op de dag van vandaag heeft weten te behouden. De Chambalrivier is namelijk een – het kan echt in India – schóne rivier. Deze status heeft het voor het grootste gedeelte te danken aan een oude Indiase tekst, waarin de Chambal genoemd wordt als Charmanyavati. Deze zou ontspringen uit het bloed van duizenden geofferde koeien, door de Arische koning Rantideva. Dit verhaal maakte dat de gemiddelde Indiër zich wel twee keer bedenkt om iets in deze rivier te gooien. De natuur kon zich ongestoord ontwikkelen.
De rivier huisvest één van de laatste gezonde populaties aan gavialen én er zwemmen als één van de laatste plekjes nog rivierdolfijnen rond. Mijn interesse is daarmee meer dan gewekt. De rit naar Chambal is al zeer de moeite waard: zelden trof ik een dergelijk authentiek stukje India aan. Oeroude dorpjes, goudgekleurde akkervelden waar kleurrijk geklede vrouwen de oogst binnenhalen. De weg is op punten slecht, maar dat mag de pret niet drukken. Onze accommodatie is eenvoudig maar goed en ligt heerlijk verscholen in het groen. Een aangename oase onder de hete Indiase zon. We genieten van een écht heerlijke huisgemaakte curry.
De volgende ochtend gaan we vroeg op pad en bereiken we al snel de oever van de rivier. Hier ligt onze boot klaar, we varen stroomopwaarts de rivier op. Wat is dit toch mooi! Genietend van de koele ochtendbries, de geluiden van de ontwakende natuur, de stilte en de eerste vogels die hun kostje bijeenscharrelen. We varen door een kleine kloof: aan beide zijden steile rotswanden, waar we door onze verrekijker een aasgier op haar nest ontwaren. De gids legt uit dat dit het einde is van de droge tijd, en dat de rivier na de moesson tot boven de rotsen uitkomt. Dat is meer dan 20 meter! Plots beweegt het water en zien we in een flits een vin boven de waterspiegel opduiken: een rivierdolfijn! Na nog zo’n verschijning verdwijnt het dier helaas voorgoed en zien we hem niet nog eens.
In de binnenbochten van de stroom liggen de zandbanken, hier gaat onze aandacht naar uit. Ik kan mijn geluk niet op: hele groepen gavialen liggen doodgemoedereerd te zonnen langs het water. De gaviaal is even mooi als lelijk: een enorme, nogal plompe krokodillensoort, met een ongewoon lange en spitse snuit. De mannetjes hebben aan het einde van die snuit ook nog eens een enorme wrat, die lijkt op een Indiase aardewerkpot, de ghara. Daar dankt het dier zijn naam aan (gharial).
Het blijft niet bij gavialen die ochtend: ik tref Indische vlekbekeenden, word dolenthousiast van twee saruskraanvogels (waarvan we er die middag nog maar liefst 130 zullen gaan zien in de akkers op een uur van de lodge!), nilgais (antilopesoort) die water komen drinken, schildpadden op boomstronken, bonte ijsvogels die het water in duiken vanaf hun uitkijkpost en geniet van de schaarbekken, die met geopende snavel over het water scheren en daar behendig kleine visjes weten uit te vissen. De Chambalrivier? Een absolute aanrader voor iedere natuurliefhebber!