De reis van Willem en Jannie Tijl kreeg de naam ‘Dichtbij de natuur in Botswana’ en dat klopte helemaal. Hun eerste activiteit was echter meer ‘hoog boven de natuur’… In Maun vlogen ze namelijk met een klein vliegtuigje over de Okavangodelta! “Het water stond er nog niet erg hoog, overal konden we groepjes olifanten, impala’s, lechwes, giraffen en nijlpaarden zien. Een mooi begin!”, aldus de enthousiaste Willem Tijl. Graag vertelt hij u over zijn bijzondere safarireis:
De leefwijze van Bosjesmannen
Onze gids Eddy komt ons ophalen met zijn verbouwde Toyota Landcruiser. We rijden over de hoofdweg van Maun naar de Meno A Kwena Lodge, aan de rand van de Kalahari. Het is heel erg stil op de weg en er zijn ook nauwelijks dorpjes te zien. Het ‘gevaar’ op de weg komt niet van overstekende mensen, maar van koeien, geiten en paarden, die hier gewoon los lopen. De lodge ligt boven een rivier; aan de overkant kun je het wild zien lopen. Olifanten, nijlpaarden, kudu’s… En in het natte seizoen zijn er honderden zebra’s!
Aan het eind van de middag maken we een wandeling met vijf leden van de vlakbij wonende San-stam (ook wel bekend als Bosjesmannen). Twee vrouwen dragen nog een baby op hun rug. In ganzenmars lopen we het veld in, en onderweg vertellen de mannen in hun onbegrijpelijke maar beeldende kliktaal over hun leefwijze. Het wordt gelukkig vertaald, maar ze spreken zo beeldend dat je al een heleboel snapt. Het is een interessante wandeling. ‘s Avonds eten we met alle gasten onder de sterren aan een lange tafel en praten we na bij het kampvuur.
Pootafdrukken in Kalahari
Nu zoeken we dan toch écht de natuur op. De bestemming is Centraal Kalahari, het deel dat Deception Valley heet. De komende tijd doen we een mobile safari. Mano, de vrouw van Eddy en tevens kok, heeft al samen met stafleden Easy en Tumello de tenten opgezet. We kamperen luxe in de bush. Voor elk stel is er een safaritent met aan de achterkant een eigen ‘bucketshower’ en toilet. Er is verder niemand anders in de buurt, alleen de dieren, die dus ook gewoon door het kamp kunnen lopen. We staan dus letterlijk ‘dichtbij de natuur’! Je hoort de leeuwen brullen en ’s ochtends zie je hun pootafdruk naast de tent.
In Deception Valley valt maar 200 mm regen per jaar. Het is dan ook een droog gebied. Je moet hier dus wat meer moeite doen om de dieren te vinden, maar ze zijn er wel degelijk. Niets is Eddy te veel om ze voor ons te vinden. We zien hier grote groepen oryxen, springbokken, gnoes en zebra’s. In het hoge gras zien we zelfs heel wat grootoorvossen!
Tijdens onze laatste nacht horen we de leeuwen dichtbij brullen en als we de volgende ochtend op pad gaan duurt het niet lang voor we er vijf zien liggen uitbuiken op de weg. Een stukje verder nog zo’n aantal, maar die zijn nog aan het kluiven aan een oryx. Een mooi afscheid van dit deel van onze trip!
Bent u benieuwd naar de verdere belevenissen van Willem en Jannie Tijl? Lees dan deel 2 van hun blog!