Zeevogels spotten

Er leven op Antarctica en Subantarctische eilanden 43 verschillende vogelsoorten. De bekendste zijn de verschillende soorten albatrossen, de aalscholvers, de diverse soorten arctische jagers, ijshoenders, stormvogels en de stern.

De albatrossen zijn niet alleen mooie, maar ook wonderlijke zeevogels. Met vleugelbreedtes tot meer dan 3,5 meter kunnen ze zich uren met de wind laten meedrijven zonder ook maar een inspanning te doen. Er komen zes soorten albatrossen voor in het Antarctica gebied en de Subantarctische eilanden: voor: de reuzenalbatros, de mallemok, de grijskopalbatros, de roetbruine albatros, de geelbekalbatros en de roetkopalbatros. De 'stropers' van Antarctica zijn de jagers. Jagers (ook wel skua's genoemd) zijn qua kleur de minst aantrekkelijke vogels van Antarctica. Ze hebben een bruin verenkleed met witte vlekken op de vleugels en een gehaakte snavel. Daarnaast leven er ook diverse soorten stormvogels, die u ongetwijfeld zult zien. Er bestaan 23 soorten stormvogels, prions en pijlstormvogels, 4 soorten stormvogeltjes en 2 soorten duikstormvogels. Andere opvallende vogels zijn de stern en de blauwoogaalscholver. De aalscholvers leven in relatief kleine kolonies. De nesten, gemaakt van wier en veren, worden gebouwd op windstille kliffen of op de rotsachtige uitlopers in het water. Aalscholvers eten vis, pijlinktvissen, schaaldieren en kreeftachtigen. Al dit lekkers bemachtigen ze al duikend.